Argentinië
Hoewel de Spaanse veroveraars al in de zestiende eeuw de eerste (mis)wijnen produceerden, werden nieuwe druivenrassen in Argentinië; pas geï;ntroduceerd met de komst van Europese immigranten. Tussen 1870 en 1914 kwamen bijna zes miljoen Europeanen naar Argentinië; om hun geluk te beproeven: Italianen, Spanjaarden, Fransen, Britten en Duitsers.
Tegenwoordig telt Argentinië; ruim 200.000 hectare wijngaarden op een hoogte varië;rend van 450 tot maar liefst 2000 meter boven de zeespiegel. Het klimaat kent van noord naar zuid grote verschillen. In het noorden is het subtropisch en het zuiden is dor en koud. De meeste wijngebieden liggen ergens daar tussenin, maar door de beschutte ligging aan de oostkant van de Andes zijn deze gebieden vaak warm en droog. Vandaar dat veel wijngaarden in Argentinië; hoog in de bergen liggen. Het klimaat is er koeler en de frisse aroma’;s blijven beter in de druiven behouden. Verreweg het belangrijkste gebied is Mendoza, dat weer is opgedeeld in een aantal subregio’;s met elk hun eigen specialiteiten.
Boegbeeld van Argentinië; is de van oorsprong Franse malbec. En naast (inmiddels) internationale druivenrassen als chardonnay, cabernet sauvignon, merlot en sauvignon blanc vindt men er ook nog aardig wat Italiaanse en Spaanse druivenrassen. “;Eigen”; witte druif is de uit Spanje geï;mporteerde torronté;s, waar aromatische droge en zoete wijnen van worden gemaakt.